Interpersoonlijke Relaties in het Onderwijs

Tijdens de les

Leerkracht-leerling interacties vinden vrijwel constant plaats gedurende een les. Per interactie kan de mate van invloed en nabijheid verschillen. Om erachter te komen of deze interacties iets kunnen zeggen over het algemene klimaat in de klas zijn door Mainhard e.a. (2012) alle interacties die plaatsvinden gedurende één les in kaart gebracht door middel van State Space Grids.

Uit het onderzoek van Mainhard e.a. (2012) bleek dat leerkrachten die tijdens de les meer verschillende soorten interacties hebben op de mate van invloed en nabijheid, en waar dus meer cellen nodig waren om hun interacties te beschrijven, een ongunstiger sociaal klimaat in hun klas hadden. In het voorbeeld hieronder heeft de leerkracht uit Klas A een gunstiger sociaal klimaat dan de leerkracht uit klas B.

Verder is gebleken door Thijs e.a. (2011) dat leerkrachten met een positievere leerkracht-leerling relatie veel interacties met een hoge nabijheid hebben, terwijl wederkerig vijandige interacties alleen aanwezig waren bij leerkrachten met een minder positieve leerkracht-leerling relatie.

Mainhard, T., Pennings, H.J.M., Wubbels, T., & Brekelmans, M. (2012). Mapping control and affiliation in teacher-student interaction with State Space Grids. Teaching and Teacher Education, 28, 1027-1037.

Thijs, J., Koomen, H., Roorda, D., & ten Hagen, J. T. (2011). Explaining teacher–student interactions in early childhood: An interpersonal theoretical approach. Journal of Applied Developmental Psychology, 32, 34–43.